Notities over Johannes Cornelis "Jan" Verhoeven In december 2017 wijdt het Bussums Historisch Tijdschrift een uitgebreid artikel aan Johannes Cornelis (Jan) Verhoeven. Johannes (Jan) Cornelis Verhoeven, kunstschilder en restaurator Frank de Groot Verhoeven genoot zijn opleiding bij diverse leermeesters. In 1936 en 1937 was hij was leerling van de kunstschilder Isaac (Ies) Naarden, om vervolgens in 1938-1939 tekenlessen te volgen op de Nationale Schildersschool in Utrecht. In de oorlogsjaren was hij leerling van H.A. Dievenbach in Laren. Na de oorlog volgde Verhoeven van 1949 tot 1953 lessen in anatomie en boetseren bij Dirk te Nijenhuis in Bussum. Van huisschilder tot kunstschilder Jan Verhoeven werd geboren in Bussum op 19 juni 1917 en overleed hier op 29 september 1997. Hij woonde en werkte zijn hele leven in Bussum. In zijn jeugd woonde hij in het Eendrachtpark en in de Sint Janslaan. Hij begon in de jaren dertig als leerling-huisschilder bij schildersbedrijf Van Aalst, dat destijds was gevestigd aan de Eikenlaan. Maar hij prefereerde een artistieke loopbaan en ontwikkelde zich uiteindelijk tot kunstschilder en restaurator van oude en moderne schilderijen. Daarnaast was hij een aantal jaren als docent verbonden aan vereniging de ‘Vrije Schilders’ in Bussum. Hij trouwde met Johanna van Paridon, met wie hij twee zoons kreeg: Bert en John. Hij heeft in Bussum veel samengewerkt met kunstenaar C.L. Vonk, die net als hij, lessen volgde bij Ies Naarden. In het verzet

In 1940 woonde Verhoeven op de Huizerweg, nummer 19, waar hij ook zijn atelier vestigde. Hij werd actief in de verzetsbeweging, na in 1940 als soldaat de mobilisatie en gevechtshandelingen bij de Grebbeberg te hebben meegemaakt. Schaarste aan voedsel en goederen, de Jodenvervolging, de verplichte Arbeitseinsatz en toenemende Duitse agressie stimuleerden vanaf 1943 steeds meer mensen tot deelname aan verzetsgroepen. Jan Verhoeven trad in dat jaar toe tot de knokploeg Groep Wim en was daarna ook verbonden aan de Gooiberggroep. Deze werd in najaar 1944 als knokploeg van de Binnenlandse Strijdkrachten opgericht. “Ik maakte onder meer valse stempels ten behoeve van paspoorten. Daarbij gebruikte ik palmhout en linoleum. Op de stempels maakte ik hakenkruizen en de handtekening na van de Ortskommandant”, zei Verhoeven in een interview met De Gooi- en Eemlander in 1985. De aanleiding voor dat artikel was de toekenning van het Verzetsherdenkingskruis. Schilderijen en tekeningen

Na de oorlog exposeerde Verhoeven regelmatig. Hij was lid van Nederlandse Federatie van Beroepsverenigingen van Kunstenaars (ontstaan in de illegaliteit; officieel opgericht in 1946) en van de Beroepsvereniging van Beeldend Kunstenaars. In 1948 exposeerde de Gooise afdeling van de Federatie in Hilversum. Bij de opening van de tentoonstelling was Willem Sandberg (voorzitter van de Federatie, en directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam) aanwezig. In diens kielzog bezocht de toen al beroemde Franse kunstenaar Osip Zadkine de tentoonstelling van de Gooise kunstschilders. Zadkine is in Nederland bekend geworden door zijn sculptuur ‘Verwoeste Stad’, in de volksmond ‘Jan Gat’ genoemd, in Rotterdam. In een aantekening van later datum schrijft Verhoeven daarover: “In 1948 bij mij op het Atelier Huizerweg 19 geweest, met jonkheer Sandberg en vele Franse kunstbroeders.”

Verhoeven schilderde en tekende stillevens, portretten, landschappen en stadsgezichten – ook veel van Bussum en omgeving. Zijn stijl was in het begin klassiek-naturalistisch, later ontwikkelde hij zich in meer impressionistische richting. Hij verkocht zijn werken vooral aan particulieren. In Bussum zijn jarenlang twee wandschilderingen van zijn hand in café-restaurant Margriet te zien geweest, gelegen aan de Brediusweg (waar nu de ABN.AMRO- bank staat).

Bussum Picturaal Verhoeven verzamelde ook kunst. Zo legde hij een collectie aan van afbeeldingen van Bussum en omgeving. In 1982 vond in ’t Spant een grote tentoonstelling plaats, Bussum Picturaal, van 43 tekeningen en schilderijen uit de collectie Verhoeven. Naar aanleiding daarvan besloot de gemeente Bussum om zeven werken aan te kopen. Verhoeven zei in 1983 in een interview hierover: “Ik ben nu 66 en ik ben aan het afbouwen. Ik zie gaarne dat het werk voor de Bussumse historie bewaard blijft. (…) Ik heb met veel liefde verzameld, met veel opofferingen ook. Terwijl anderen vakantie vierden kocht ik werken op, die altijd op de historie van Bussum betrekking hadden. ” Hij vond het wel jammer dat de gemeente niet bereid bleek om de hele collectie aan te kopen. De aangekochte werken zijn nog steeds in gemeentelijke bezit.

Restaurator en taxateur Behalve schilderen en tekenen raakte Verhoeven ook thuis in het restaureren van schilderijen. Hij trad in dienst bij Zeegers, restaurator in Amsterdam. Zo heeft hij in 1948 meegewerkt aan restauraties aan het Paleis op de Dam en aan het orgelfront in de Nieuwe Kerk. Deze restauraties vonden plaats ter ere van de inhuldiging van koningin Juliana. Ook werkte hij mee aan restauraties van het Stedelijk Museum en vele (particuliere) grachtenpanden. Later werkte hij als zelfstandig restaurator voor particulieren en musea. Hij verrichtte veel restauraties voor Museum Catherijneconvent in Utrecht. Grote bekendheid – ook in de internationale pers – verkreeg hij in 1967 bij een ontdekking op het schilderij ‘De slapende schoolmeester’ van Jan Steen. Het is een schilderij uit 1672 van een klas vol kinderen, die tijdens het middagdutje van de meester de boel op stelten zetten. Verhoeven ontdekte bij het schoonmaken van het schilderij een jongetje dat met een keurig boogje in de wijnkan van de meester plast. Ook trof hij bij een ander kind blote billen aan en het bijbehorende wc-papiertje, dat onder de neus van de meester wordt gehouden. In de puriteinse 19de eeuw, toen het schilderij eigendom was van de Britse bankiersfamilie Barings, is het schilderij gekuist door extra kledingstukken en voorwerpen te schilderen over de gedeeltelijk blote kinderen. Na de restauratie door Verhoeven lijkt het schilderij weer helemaal te passen binnen de sfeer van een ‘huishouden van Jan Steen’. Op latere leeftijd rondde Verhoeven nog met lof een studie tot taxateur af. Hij was in 1986 bijna 70 jaar oud, toen hij in de Kamer van Koophandel in Hilversum officieel werd beëdigd als taxateur van schilderijen ‘van alle perioden’. Tijdens zijn studie maakte hij diverse reizen naar Rusland. Daar bezocht hij de Hermitage, andere musea en kloosters. De kennis van de schilderkunst, die hij had verworven als schilder en restaurator, heeft hem geholpen zijn studie met succes af te ronden.

De markantste woning die Verhoeven ruim 25 jaar heeft bewoond, is de villa in Indische stijl aan de Eslaan nummer 11. Hij kocht deze woning omstreeks 1971 van de gemeente Bussum. Het pand stond al geruime tijd leeg en verkeerde in vervallen staat. Hij heeft er veel aan moeten verbouwen en opknappen. Een van kamers aan de zijde van de Eslaan, aan de noordzijde van het huis, deed dienst als atelier. Deze kamer is door Verhoeven opgesierd met een prachtige schouw, die afkomstig was uit het in 1971 gesloopte landhuis Bantam. Achter in de tuin staat nog steeds een grote houten schuur (voormalig koetshuis?), die Verhoeven ook gebruikte als werk- en opslagplaats. In 1988 vormden het huis en de voortuin een prachtig tijdelijk decor voor het beeld Observatorium, dat onderdeel was van de kunstroute ‘tuinen in beeld’ door Bussum.

Einzelgänger Met enige voorzichtigheid kan worden gesteld dat Verhoeven als restaurator meer succes had dan als schilder. Zijn werk hangt niet in musea. Uit (internet)veilingen en verkoopsites blijken geen hoge bedragen bij transacties van zijn werken. Uit deze bedragen – variërend van enkele tientjes tot een aantal honderden euro’s – blijkt weinig publieke waardering en belangstelling voor zijn werk. Ook de kunstcritici waren niet altijd lovend. Over enkele van zijn werken, geëxposeerd in het Stadhuis van Naarden, schreef De Gooi- en Eemlander op 21 mei 1947: “Warmte en leven mist men (….) Vormelijkheid neigt naar stijfheid. ” Mogelijk trok zijn werk meer belangstelling van particulieren. Uit een verkooplijst uit 1982 van een expositie die Verhoeven had in ’t Spant blijken vraagprijzen van enkele honderden guldens voor tekeningen tot aan enkele duizenden guldens voor schilderijen. Verhoeven had met zijn naturalisme een wat behoudende stijl. Hij had weinig op met moderne kunst. In een interview uit 1982 zei hij: “Het banalisme van mensen als Karel Appel spreekt mij niet aan.”

Uit gesprekken die ik heb gevoerd met mensen die Verhoeven hebben gekend, blijkt dat hij in Bussum bekend stond als een markante Einzelgänger. Hij hield zich met veel zaken bezig en gaf met luide stem ongezouten zijn mening en kritiek. Hij volgde de politiek in Bussum en was zeer betrokken bij zijn omgeving. Vanuit zijn oorlogservaringen vond hij alles fout wat uit Duitsland of Japan kwam. Hij heeft bij zijn overburen – een garagebedrijf – stampij gemaakt door een Japanse delegatie uit te foeteren, toen daar een Toyota-dealer zou worden gevestigd. Tegelijkertijd was hij een groot kunstliefhebber die contacten onderhield in de artistieke wereld. Hij sprak in diverse interviews in de jaren tachtig met trots over wat hij had bereikt: zijn verzameling over Bussum, de resultaten die hij wist te behalen als restaurator, zijn studie tot taxateur en de erkenning die hij kreeg met het Verzetskruis. In oktober 1997 overleed hij op 80 jarige leeftijd. (bron: historischekringbussum.nl)